chinchilla's

lengte : 25 - 35 cm

gewicht 400 - 700 gram

staart 13- 18 cm

aantal jongen : 1-3 stuks

Herkomst

Ze is een cavia-achtig knaagdier dat behoort tot de familie van de wolmuizen.

In 1590 wordt de chinchilla's al beschreven in een boek van Joseph de Acosta, dat over de indianen van Zuid-Amerika gaat.

De indianen fokten deze dieren als huisdier, voornamelijk voor de pels en de wol, maar ook voor het vlees.

Door de dieren regelmatig met een borstel te kammen werd de wol verzameld.

Deze wol werd tot draden gesponnen waarvan men kleden maakte?

In de zeventiende eeuw ontdekten de Spaanse kolonisten het belang van de chinchilla met zijn bijzondere pels.

In de negentiende eeuw waren pelzen en koffie de belangrijkste exportproducten van Zuid--Amerika.

Rond 1910 zijn de chinchilla's in het wild zo goed als uitgestorven en sindsdien bestaan ze alleen nog maar in gevangenschap.

Huisvesting

Chinchilla's zijn dieren die niet zo makkelijk te houden zijn.

Ze hebben veel zorg nodig en kunnen behoorlijk wat rommel maken, een chinchilla knaagt over aan.

De kooi dient ruimt te zijn met voldoende klauter- en klimmogelijkheden.

De kooien worden vaak zelf gemaakt en voorzien van een grote deur, zodat de dieren gemakkelijk verzorgd kunnen worden.

Hoe groter de kooi hoe beter.

Soms wordt een slaaphuis geplaats.

Ze stellen dit wel op prijs maar worden minder snel tam omdat ze zich daarin kunnen terugtrekken.

Chinchilla's hebben hun eigen taal en keuvelen/babbelen graag met een maatje of partner.

Daarom is het beter om de dieren met 2 of meer in een kooi te houden.

Ze kunnen 10 tot 15 jaar oud worden, maar uitschieters naar 18 tot22 jaar zijn ook bekend

Voeding

Ze leefden oorspronkelijk in vrij onvruchtbare gebieden : droge, nauwelijks begroeide berhellingen met her en dar wat dorre grassen, kruiden en struiken.

Deze planten bevatten weinig vocht en geen vet, mar wel veel houtachtige vezels.

Het 'oervoedsel' van de chinchilla lijkt dus nog het meest op hooi.

Dierlijk voedsel zoals kevertjes, insecten of slakjes eten ze nooit.

Ze halen hun totale voedingsbehoefte uit dorre, droge takjes, en grasstengels;

Hun darmstelsel is dus op arme, sobere kost ingesteld.

Daarom reageren ze uiterst gevoelig op energierijk (veel olie of vet) voedsel of voedsel dat veel vocht bevat, het spijsverteringskanaal raakt  er volledig door van streek.


Ze kunnen dan het best gevoerd worden met een complete korrel.

Al lijkt een dergelijke korrel saai hij heeft alle voedingstoffen in de juiste verhoudingen zodat het dier precies krijgt wat het nodig heeft.

Ook bij de chinchilla me goed hooi nooit ontbreken.

Hooi vort een belangrijk onderdeel in de voeding van chinchilla's.

Het zorgt voor een ballaststoffen die ze nodig hebben om de overige voedingstuffen te kunnen verteren.

Hooi mag dan ook nooit in een chinchillaverblijf ontbreken.

Het moet altijd vers en droog zijn. Oud hooi wort muf en stoffig en verliest zijn voedingswaarde.

Vochtig hooi gaat schimmelen dat is voor chinchilla's levensgevaarlijk.

zelfs hooi dat maar nauwelijks vochtig is geweest, kan een onzichtbaar beginstadium van schimmel bevatten.

Dit kan de chinchilladarmen hopeloos van streek maken.

Hooi belangrijk om de maagdarmkanaal goed te laten functioneren en kan het beste in een ruif worden gegeven.

Water kan zowel in bakjes als in drinkflesjes worden gegeven, maar moet wel dagelijks ververst worden?

Pas op voor algengroei en maak flessen en bakken regelmatig schoon.

Groente- en fruitsoorten moeten zeer matig gegeven worden.

Wilgen- en fruitboomtakken vormen  goed klauter- en knaagmateriaal.

Een stukje gasbeton of een knaagsteen vort een welkom bezigheid.

Het is best lastig om een chinchilla goed te voeren, aangezien de ingewanden van het dier snel vn streek zijn.

Een chinchilla bedelt graag om een extraatje waardoor u misschien gauw wordt verleid om wat te geven.

Wees hier voorzichtig mee.

Geef geen knagerssnoepgoed zoals u dat in allerlei soorten kunt kopen, maar geef bv. een stukje soepstengel of knäckebröd.

Het is aan te bevelen een kalksteenblok in het chinchillaverblijf te leggen.

Dit helpt niet alleen bij de gebitsverzorging, maar is ook onmisbaar voor de opname van kalk.

U kunt deze blokjes kopen in de dierenspeciaalzaak, maar een zogenaamde ytonblik kdat u bij de bouwmarkt haalt is ook geschikt.

Ze knagen aan deze blokken om hun tanden scherp te houden.

Soms eten ze de afgeknaagde kalk ook op, als hun lichaam hier behoefte aanheeft.

Vooral zwangere en zogende vrouwtjes blijken dat vaak te doen.

Verzorging

Het is belangrijk dat ze iedere dag eten en drinken krijgt, maar ook dat hij kan beschikken over een dagelijks zandbad.

Ze verzorgen hun vacht door te baden in speciaal zand, waardoor vuil en vettigheid worden verwijderd?

Door ze regelmatig uit de kooi te halen om zich te baden, blijft ze vertrouwd aan het baasje.

Gebruik van een gesloten kattenbak geeft minder zandverspilling.

Bij gebruik van het juiste zand, hoeft de chinchilla niet geborsteld te worden.

Hoe fijner en stoffiger het zand, hoe beter!

Een keer in de week moet de kooi daarom worden schoongemaakt.

De chinchilla is bekend om zijn mooie vacht, waar uit elk haarwortel 40 tpt 120 haren groeien.

Dit maakt de pels zo enorm zacht en dik.

Het is daarom aan te raden om de pels wekelijks even van achterhand naar hoofd door te borsten?

U zul zien; de losse haren vliegen dan in het rond!

De  chinchilla is een uitgesproken schemerdier, en geen nachtdier zoals men wel denkt.

In de praktijd blijft echter dat ze zich min of meer kan aanpassen aan de leefwijze van zijn verzorger.

Gedrag

Chinchilla's spreken geen taal zoals mensen.

Hoewel ze dus niet met elkaars kunnen praten, kunnen ze wel degelijk met elkaar communiceren.

Ze drukken hun gevoelens en en bedoelingen (zoals de paringsbereidheid) uit met allerlei non-verbale middelen.

Ze produceren geuren met hun geurklier; die bevindt zich op de buik.

Aan de geur herkent een chinchilla :

  • niet alleen zijn soortgenoten maar ook 'wat voor eentje' het er is
  • vriend of vijand
  • aantrekkelijk vrouwtje
  • Veelbelovend mannetje

Wanneer u de dieren meer dan een week uit elkaar houdt herkennen ze elkaar niet meer!

Ze kunnen verschillende geluiden maken, van raspend krijsen en dreigend knorren tot kleine piepjes.

In de dagelijkse omgang maken ze zachte contactgeluidjes; zo af en toe hoort u ze zacht piepen of knorren.

Moeder en kinderen gebruiken deze geluiden onderling ook veelvuldig.

De jongen kunnen met hun gepiep de volwassen dieren ook een aantal dingen duidelijk maken.

Chinchilla's kunnen ook (lettelrijk) blaffen.

Dit is een bijzonder geluid dat veel onervaren chincillahouders verast.

Het geblaf wordt gebruik bij (mogelijk) gevaar.

Wanneer een lid van de groep iets ongewoons of dreigends ziet, gaat hij op zijn achterpoten staan en waarschuwt met een hoestend, blaffend geluid de rest van de groep.

Beginnende chincillahouders die dit geluid voor het eers horen willen nog we leens denken dat hun dir ziek zijn.

Wanneer ze erg kwaad zijn, kunnen ze gevaarlijk blazen en grommen.

Een tamme huiskamerchinchilla zal deze geluiden praktisch nooit maken.

Soms verdedigd een moeder haar jongen met dit gegrom?

Bij het maken van dit geluid neemt het dier ook een aanvalshouding aan.

Is een chinchilla erg boos, agressief of angstig, dan gaat hij soms op zijn achterpoten staan en spuit een straal urine naar zijn tegenstaander.

Sommige exemplaren kunnen wel een halve meter ver spuiten.

Het kan ook voorkomen dat volwassen mannetjes die in aparte maar aangrenzende kooien gehuisvest zijn, urine naar elkaar toe spuiten.

In dat geval kunt u beter een ondoorzichtige afscheiding tussen de beide kooien aanbrengen.

In principe zijn de meeste knaagdieren van zichzelf zindelijk.

Ze houder er niet van hun eigen nest te bevuilen?

De dieren doen hun behoefte vrijwel altijd in dezelfde hoek van het verblijf.

Dit kan praktisch zijn, omdat dan niet de hele bak verschoond hoeft te worden; u kunt volstaan met het leegscheppen van de plashoek.

Wanneer dieren er nog niet aan gewend zijn dat ze door mensenhanden worden opgetild, ervaren ze dat als zeer beangstigend.

Een chinchilla kunt u , normaal gesproken, oppakken door hem met beide handen op te scheppen.

Vooral jonge dieren hebben nogal eens de neiging om in paniek van uw hand af te springen; dit is niet zonder risico, omdat zo'n kleintje door een dergelijke val zwaar gewond kan raken.

Hij kan bv. zijn rug breken.

Het is belangrijk om een chinchilla altijd resoluut op te pakken.

Door een lange jacht kan hij helemaal van slag raken en in schok raken.

Fokken

+De beste leeftijd om met fokken te beginnen voor chinchilla's met een leeftijd van 9 a 10 maanden oud?

Het is beter wanneer het vrouwtje ouder si dan het mannetje.

De bronstcyclus vindt om de 28 tot 31 dagen plaats en duurt 3 tot 4 dagen in de lente, maar kan in de herfst uitblijven.

De gemiddelde draagtijd is 111 dagen?

De jongen zijn miniatuuruitgaven van hun ouders en lopen al snel door de kooi heen.

Het mannetje kan tijdens de bevalling zonder probleem in de kooi blijven.

Hij zal zich als een uitstekende vader gedragen en zijn vrouwtje helpen bij de bevalling.

Hij zal zich meteen ontfermen door het jong droog te likken en te verwarmen.

Het vrouwtje kan zich dan concentreren op de volgend e worp.

Hou wel rekening mee dat het vrouwtje direct na de bevalling weer vouwbaar is.

Een herdekking zal niet altijd worden toegelaten door het vrouwtje.

Het vrouwtje is de baas op dat moment.

Het aantal jongen per worp kan variëren van 1 tot 4.

Ze worden door de moeder ongeveer 6 weken gezoogd en met 12 weken mogen ze de wijde wereld in.

De chinchilla is een koloniedier en zou dus geen bezwaar moeten hebben tegen nieuwkomers in de kooi.

Het blijkt in de praktijd echter niet altijd even gemakkelijk om 2 volwassen chinchilla's bij elkaar te plaatsen om daar bv. mee te gaan fokken.

Soms is het noodzakelijk om eerst de kooien naast elkaar te zetten, om ze zo aan elkaar te laten wennen.

Kleuren

Ze komen voor in grijs, beige, witte, bruin en zwart.

Een combinatie van alle kleuren en tinten is  mogelijk en fokkers zien het als een uitdaging om nieuwe kleuren te fokken.

De grijze kleur is de wildkleur en kan altijd gebruik worden.

Daarnaast zijn er nog de velvets met aan de bovenzijde een lichtere kleur dan aan de onderzijde.

In Nederland werd er eerst gefokt voor de bonthandel, maar al snel werden de chinchilla's ook als huisdieren gehouden.

Alle mutaties werden door de liefhebbers met dank aanvaard om mee door te fokken, terwijl men beter op het karakter lette.

Ook met chinchilla's kunt u naar tentoonstellingen gaan.

Het is leuk om mensen te praten die dezelfde hobby hebben.

Zo kan kennis en ervaring worden uitgewisseld.

Ziekte

Ze hebben over het algemeen weinig problemen met hun gezondheid.

Mocht het dier toch ziek worden, dan is het niet altijd eenvoudig om het te behadelen.

Het motto 'voorkomen is beter dan genezen' geldt dat ook bij uitstek voor chinchilla's.

Zorg voor een goede voeding, verzorging en huisvesting om de kans op ziekte te minimaliseren.

Als uw chinchilla toch ziek wordt, raadpleeg dan een goede fokker of een gespecialiseerde dierenarts.

Wordt gerust lid van de facebookpagina : sloebers farm
Je kan er al je vragen stellen en dingen te koop zetten en/of vinden die mensen te koop hebben 
Powered by Webnode Cookies
Create your website for free! This website was made with Webnode. Create your own for free today! Get started